Skip to content Skip to footer

Prinsjesdag 2025 – Wat moet jij als ondernemer weten?

Prinsjesdag 2025: Achter alle glitter en glamour draait deze dag uiteindelijk om dat ene koffertje waarin staat wat de overheid met jouw geld van plan is. Natuurlijk keken we weer massaal naar de hoedjes, paarden en de koninklijke entree, maar ondertussen werd in de Troonrede teruggeblikt op een bewogen jaar en lichtte de miljoenennota de financiële spelregels voor 2026 toe. Wie gaat erop vooruit? Wie moet extra bijdragen? En welke nieuwe maatregelen tikken straks door in jouw portemonnee? Tijd om hier dus voorbij de pracht en praal te kijken en te zien wat er echt is gezegd over onze koopkracht, belastingen en toeslagen.


Voor ondernemers zijn er zoals elk jaar weer een aantal punten die extra aandacht verdienen. Hieronder zetten we de vijf mogelijke aankomende veranderingen op een rij die gevolgen kunnen hebben voor jou.

 
1. Wijzigingen in box 3
Op het eerste gezicht lijkt er weinig te veranderen in box 3, omdat het tarief van 36% gelijk blijft. Maar schijn bedriegt. Het heffingsvrije vermogen daalt van €57.684 naar €51.396, waardoor een groter deel van je vermogen straks belast wordt. Tegelijkertijd stijgt het forfaitaire rendement voor beleggingen en overige bezittingen in 2026 van 5,88% naar 7,78%. Huurinkomsten en eigen gebruik van een tweede woning vallen vanaf 2026 expliciet onder de categorie ‘beleggingen’ en worden dus zwaarder belast. Wat het percentage voor spaargeld en schulden wordt, is op dit moment nog niet bekend.

 
2. Lagere overdrachtsbelasting bij een tweede huis
Waar een tweede huis in box 3 steeds zwaarder wordt belast, komt er een lichtpuntje bij de aankoop. Als je een woning koopt waar je zelf niet vast in gaat wonen, dan betaal je nu nog 10,4 % overdrachtsbelasting. Het kabinet heeft besloten dat vanaf 2026 te verlagen naar 8%.
Let op: dit geldt alleen voor woningen, dus niet voor bedrijfspanden of ander vastgoed. Toch nog een meevaller voor wie slim wil investeren in stenen.


3. Wijzigingen in schenk- en erfbelasting
Er zijn een paar interessante voorstellen die het erfrecht en de schenkbelasting flink opschudden. Kort samengevat betaal je vanaf 2026 mogelijk schenk- of erfbelasting als bij de verdeling van een huwelijksgoederengemeenschap of verrekening één van de partners meer dan 50% van het vermogen krijgt, dus ook bij een scheiding of overlijden. Daarnaast krijgen biologische kinderen die juridisch niet als kind gezien worden (bijvoorbeeld door twee wettelijke ouders) toch recht op het lage ouder-kindtarief bij erfenissen en schenkingen. De aangiftetermijn voor erfbelasting wordt wat realistischer: van acht naar twintig maanden. En samenwoners met een finaal verrekenbeding krijgen meer fiscale speelruimte, vergelijkbaar met de voordelen voor gehuwden.


4. Minder inflatiecorrectie en verhoging arbeidskorting in de inkomstenbelasting

De belastingschijven en heffingskortingen in de inkomstenbelasting zijn zoals gebruikelijk weer aangepast aan de inflatie, maar deze keer niet volledig. Om dit deels te compenseren wordt de arbeidskorting verhoogd. De eerste schijf wordt groter en het tarief daalt een beetje. Tegelijk begint de tweede schijf iets later, maar gaat het tarief hier juist omhoog. Het gevolg: wie minder verdient, betaalt straks minder belasting. Voor hogere inkomens stijgt daarentegen de belastingdruk.

Alles staat nog in de kinderschoenen: het kabinet zelf, maar ook de plannen die zijn gepresenteerd. Wat hiervan straks werkelijkheid wordt, en wat verdwijnt in de politieke doofpot, moet de komende maanden duidelijke worden. Als ondernemer is het belangrijk om de ontwikkelingen scherp te volgen. Want wat vandaag een voorstel is, kan morgen zomaar invloed hebben op jouw boekhouding, je strategie of je portemonnee. We houden je op de hoogte van de belangrijkste veranderingen. Dit wordt ongetwijfeld vervolgd.